Posts

Posts uit december, 2012 tonen

Voor de verre prinses

Afbeelding
            Wij komen nooit meer saam: De wereld drong zich tussenbeide. Soms staan wij beiden ’s nachts aan ’t raam, Maar andre sterren zien we in andre tijden. Uw land is zo ver van mijn land verwijderd: Van licht tot verste duisternis—dat ik Op vleuglen van verlangen rustloos reizend, U zou begroeten met mijn stervenssnik. Maar als het waar is dat door grote dromen Het zwaarst verlangen over wordt gebracht Tot op de verste ster: dan zal ik komen, Dan zal ik komen, iedre nacht. - J. Slauerhoff Uit:  Serenade III

Funeral blues

Stop all the clocks, cut off the telephone, Prevent the dog from barking with a juicy bone, Silence the pianos and with muffled drum Bring out the coffin, let the mourners come.  Let aeroplanes circle moaning overhead Scribbling on the sky the message He Is Dead, Put crepe bows round the white necks of the public doves, Let the traffic policemen wear black cotton gloves.  He was my North, my South, my East and West, My working week and my Sunday rest, My noon, my midnight, my talk, my song; I thought that love would last for ever: I was wrong. The stars are not wanted now: put out every one; Pack up the moon and dismantle the sun; Pour away the ocean and sweep up the wood. For nothing now can ever come to any good - W.H. Auden speciaal voor de allerliefste mama

Wees altijd dronken.

Wees altijd dronken. Daar gaat het om: dat is het enige. Om niet de afschuwelijke last van de Tijd te voelen die je  schouders verbrijzelt en je naar de aarde toe drukt, moet je je onophoudelijk bedrinken. Maar waar aan? Aan wijn, aan poëzie, of aan deugdzaamheid,  net wat je wilt. Maar bedrink je.  En als je, een enkele keer, op de traptreden van een paleis, op het groene gras van een greppel, in de sombere  eenzaamheid van je kamer, wakker wordt, en de dronkenschap is al  verminderd of verdwenen, vraag dan aan de  wind, aan de golf, aan de ster, aan de vogel, aan de klok, aan alles wat vliedt, aan alles wat zucht, aan alles wat  voortrolt, aan alles wat zingt, aan alles wat spreekt, vraag dan hoe laat het is; en de wind, de golf, de ster, de vogel,  de klok, zullen je antwoorden: 'Het is tijd om je te bedrinken! Om niet de gemartelde slaven van de Tijd te zijn,  bedrink je, bedrink je voortdurend! Aan wijn, aan poëzie of aan deugdzaamheid, 

Het wit...

Het wit.   Onhoorbaar is  het wit. Slechts  wat getrippel  van vogelpoten  heel omzichtig  in de bange  stilte van het  wit.  Onhoorbaar ligt  het wit in de  leeggeblazen ochtend.  Ik schrijf er  geen voetstappen  in.  - Roland Jooris