Magie


Ik was nooit van het dorp
van de mannen van het dorp
voor wie moeders wijven
en geen vrouwen waren

pruimende mannen die hun diepste
rochels met een precisie van een kogel
in de koolbak mikten

ik was wel van de velden
van de jongens van de velden
voor wie meisjes durvers
en geen miekes waren

rovers op zoek naar sluiers
kikkerdril, magische konijnenpijpen
en vergeten sloten begroeid met wuif-riet

maar vooral was ik van Merlijn
van de magie van duistere kelders
en net als dat ene jongetje
wou ik de mooiste vogel zijn

Yerna Van Den Driessche
Uit: Het Liegende Konijn, 2009-1

Reacties

Een reactie posten